Wat betekent belasting (en verkiezing) nu eigenlijk écht?

De grote vraag die al lang bij mij speelde was: Wat zijn belastingen nu eigenlijk? Want er zijn zoveel mensen die steen en been klagen over de te hoge druk van de fiscus, maar voor mijn gevoel klopte er iets niet in het verhaal dat we elkaar vertellen.

Het gangbare verhaal gaat ongeveer zo: ‘Ik geef mijn geld aan de overheid.’ Maar dat klopt niet, want het is is niet jóúw geld. Het geld is van de banken en de centrale bank, de ECB en DNB. Dus daar gaat het al mis. En geld ís niks. Een getal.

Ik vroeg me ook al af door de ‘quantitative easing’ strategie sinds 2008, waarin talloze miljarden zijn ‘bijgedrukt’ met bijna negatieve rente: waarom betalen we dan überhaupt nog belasting? Ze krijgen via belastingen gewoon terug wat ze zelf hebben uitgegeven!

Hoe we nu met belasting omgaan is totaal anders dan hoe het ooit was. Van oorsprong gaf je een deel van je opbrengst aan de landheer. Dat ging echt om een paar procent van de oogst. Feitelijk was je één dag in de week aan het werk voor het collectief. En de rest voor jezelf.

Dit is langzaam verschoven van fysieke goederen naar geld. Maar daarmee verschoof ook de betekenis van belasting.

Want wat is geld? Geld staat gelijk aan… energie. Wie het geld beheert, bepaalt waar de energie naartoe gaat. Vandaar ook ‘currency’, het is de ‘stroming’, geld moet rollen. En dan ontstaat er beweging. Tenminste, zo is de moderne opvatting op basis van een soort passieve en totaal rationele ‘homo economicus’ die enkel beweegt als daartoe een prikkel is.

Dus dit betekent niet dat je jouw geld weggeeft aan de staat. Nee, je geeft een máchtiging aan de staat om voor die hoeveelheid geld te bepálen waar de maatschappij deze tijd en energie aan zal besteden. Het is een herverdeling. Maar wel centraal geregeld!

Dit inzicht verandert de zaak volledig. Want feitelijk geef je hiermee óók aan: ik acht mijzelf niet geschikt om zélf te kunnen beslissen waar deze tijd en energie aan worden besteed. Dus doe dit maar vóór mij. Gecombineerd met verkiezingen, waarin je aangeeft wíé er gemachtigd worden om dit te mógen bepalen, heb je de kern van ‘het Sociaal Contract’ te pakken, de verticale machtsverhouding die eenzijdig werkt (top-down).

Ik merk dat ik hier inmiddels héél gemengde gevoelens bij heb. Want ik geloof namelijk niet langer dat een stel afstandelijke enkelingen met strikte systemen en partijdige ideologieën in stáát zijn om hier juiste besluiten over te nemen die voor mij en mijn gemeenschap het beste zijn.

Dat kunnen enkel de mensen doen aan wie het daadwerkelijk is om het te doen. Zij die er om geven. Mét elkaar. En niet een afstandelijke markt of staat. Voor dit idee van self-government (in de Commons) heeft Elinor Ostrom de Nobelprijs gewonnen en heeft laten zien dat er wel degelijk een alternatief is voor de verticale machtsverhouding.

Ik ben benieuwd hoe jullie hiernaar kijken vanuit een ethisch én praktisch standpunt. Hoe verantwoord is het om onze macht weg te geven en op afstand bestuurd te worden?


Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *